Kallo en Zeebrugge dienden eind januari 2019 opnieuw als doorvoerpunt voor materialen van de US Army.
Deze nieuwe operatie vond ook plaats onder NATO-vlag en in het kader van de “Operation Atlantic Resolve”. Samen met andere NATO-partners, waaronder België, is het de bedoeling de paraatheid van troepen en de communicatie tussen de verschillende legerleidingen te testen. Tegelijk is het ook een vorm van ondersteuning van de regionale stabiliteit in de landen grenzend aan Rusland.
Het aangevoerde materieel behoorde tot de “1st Combat Aviation Brigade” en de “1st Infantery Division”, beide uit Fort Riley in Kansas. Deze eenheden vervangen de “4th Combat Aviation Brigade” die de voorbije negen maanden de Amerikaanse inzet waren in Oost-Europa.
In Kallo loste ICO 2800 voertuigen uit 3 RoRo- en 1 LoLo-schip. De voertuigen waaronder 600 tanks werden na een kort nazicht en tankbeurten geladen op 22 treinen, 14 barges, 650 trucks en konvooien. Na 3 weken intensief werk, met 1000 troepen op het terrein was de operatie voltooid.
In Zeebrugge ontvingen we op datzelfde moment de MV Endurance. 85 helikopters (Chinooks, Apaches en Black Hawks) met de bijbehorende materialen werden gelost. In minder dan 10 dagen zijn alle helikopters vanop de terminal opgestegen om naar hun uiteindelijke bestemmingen te vliegen.
Voor de beide operaties werd tijdelijk militaire zones van 7.5 ha in Zeebrugge en 13 ha in Kallo gebouwd, inclusief accommodatie voor de Belgische en Amerikaanse staff en troepen. Het Belgische leger verzorgde de bewaking van de militaire zones, terwijl ICO haar perimeterbewaking verhoogde.
Beide operaties werden een grandioos succes. De Amerikaanse commandant van de operatie loofde de prestaties en inzet van ICO.